Na de sterilisatie ben je niet direct onvruchtbaar!
Het duurt 2 tot 3 maanden totdat alle zaadcellen uit het zaadvocht zijn verdwenen.
3 maanden en minstens 20 zaadlozingen na de sterilisatie moet je het zaadvocht laten onderzoeken om zeker te weten dat je onvruchtbaar bent. Je krijgt hiervoor na de ingreep een formulier en een speciaal potje mee.
Vang het zaadvocht direct op in dit potje, (en bijvoorbeeld dus niet in een condoom). Als een deel van het zaadvocht verloren gaat, is het mogelijk dat de (on)vruchtbaarheid niet goed te beoordelen is. Sluit het potje goed af.
Geef het gevulde potje binnen 1 uur na de zaadlozing af bij het Klinisch Chemisch Laboratorium (KCL), op de hoofdlocatie van het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ), routenummer C60 (op de 2e verdieping).
Inlevertijden Klinisch Chemisch Laboratorium CWZ:
Maandag tot en met vrijdag: 8.00 – 12.00 uur
Zaterdag: 8.30 – 12.00 uur
Zondag: 8.30 – 11.30 uur
Adres Klinisch Chemisch Laboratorium CWZ:
Weg door Jonkerbos 100
6532 SZ Nijmegen
Uitslag onderzoek
In het laboratorium wordt met een microscoop gekeken of er nog levende zaadcellen in het zaadvocht zitten.
Je kunt pas onbeschermd vrijen als de uitslag van het zaadonderzoek aangeeft dat het veilig is. Tot die tijd moet je een voorbehoedsmiddel blijven gebruiken om het risico op zwangerschap te voorkomen.
Na 1 tot 2 weken geven wij de uitslag van het onderzoek telefonisch door.
Soms is het nodig om het zaadvocht opnieuw te laten onderzoeken, bijvoorbeeld omdat een deel verloren is gegaan bij het opvangen.
Let op: sterilisatie beschermt niet tegen een seksueel overdraagbare aandoening (soa).